Even voorstellen! Renate Peijs-Schoester
Ongewenste omgangsvormen komen in elke werkomgeving voor. Het kan gaan om pesten, discriminatie, seksuele intimidatie, agressie of zelfs geweld. Vaak hebben bedrijven een eigen interne- of externe vertrouwenspersoon. Is dat niet het geval? Dan kunnen bij de MITT aangesloten bedrijven in contact komen met een vertrouwenspersoon van de MITT en vanaf nu ook een klacht indienen bij de Klachtencommissie Ongewenste Omgangsvormen. Renate Peijs-Schoester is recent door het bestuur van de Vakraad MITT benoemd tot voorzitter van deze nieuwe commissie.
Even voorstellen…
‘Renate Peijs-Schoester (39) uit Nijmegen, arbeidsrechtadvocaat, mediator, eigenaar van Vizier advocatuur & mediation en vanaf nu ook voorzitter van de Klachtencommissie Ongewenste Omgangsvormen bij de MITT.’
Hoe ben je bij de MITT terechtgekomen?
‘Ik werkte elf jaar lang voor Dirkzwager in Arnhem, een groot commercieel advocatenkantoor. Mooi werk met veel uitdaging, maar ik merkte dat mijn interesse verder gaat dan alleen het juridische en de mens achter een juridisch verhaal voor mij centraal staat. Daarom ontwikkelde ik mij in de afgelopen jaren naast advocaat ook als mediator, coach en vertrouwenspersoon. Toen de MITT mij als voorzitter van de Klachtencommissie Ongewenste Omgangsvormen vroeg, voelde ik me enerzijds vereerd, maar moest ik ook wel even nadenken, omdat dit voor mij een nieuwe rol is. Toch denk ik dat deze functie heel goed bij me past en aansluit bij mijn overige werkzaamheden.’
Waarom vind je het belangrijk om deze rol te vervullen?
‘Deze commissie is door de cao-partijen ingesteld om klachten zorgvuldig te behandelen. Het indienen van een formele klacht is in principe bedoeld voor de situatie waarin tussenkomst van een vertrouwenspersoon niet tot een gewenste of bevredigende uitkomst heeft geleid. Als klachtencommissie horen we alle partijen die bij de klacht betrokken zijn. Dat kunnen dus ook anderen zijn dan de klager en de beklaagde. Vervolgens oordelen we in hoeverre de klacht gegrond is. Daarbij kunnen we ook een (zwaarwegend) advies geven aan de werkgever. Dit is belangrijk, want iedereen verdient een veilige werkomgeving. Daar draag ik graag mijn steentje aan bij.’
Wat zijn je verwachtingen?
‘Deze rol is nieuw, voor mij en de MITT, want de commissie is ook nieuw. In het begin zal het dan ook best een beetje zoeken zijn. We moeten eerst de kaders en werkvormen neerzetten, maar zodra dat staat, kunnen we samen betekenisvol werk doen. Desalniettemin hoop ik dat deze commissie niet té veel werk krijgt, want het dient als sluitstuk van een heel proces. Ik hoop dat er (in de toekomst) op de werkvloer al zo veel mogelijk gedaan wordt om een gezonde en veilige werkomgeving te creëren. Mijn wens? Een werkomgeving waarin er op een open en respectvolle wijze met elkaar over gevoeligheden en grenzen wordt gesproken, zodat we ongewenste omgangsvormen voorkomen.’
Wat is je tip voor de sector: hoe creëer je zo’n veilige werkomgeving?
‘Heb aandacht voor dit onderwerp. Maak gedragsregels met elkaar: hoe gaan we met elkaar om, wat kan wel en wat kan niet? En evalueer die ook. Geef een informele klachtenstructuur vorm: naar wie ga je toe, je eerste leidinggevende of een ander? Organiseer eens een voorlichtings- of trainingsmiddag. En stel een vertrouwenspersoon aan. Kortom, informeer, evalueer en maak ongewenste omgangsvormen bespreekbaar.’